
Mei
Vergeten namen
van vergeten mensen en verhalen
dwarrelen op groezelig steen
voor mijn ogen op en neer
Sommigen nog nauwelijks
te ontwaren of te lezen
Nog meer vergeten, nog meer vervlogen,
nog minder
De omgevingen stemmen
niet veel opgewekter
Eindeloze perken
keurig aangelegd, soms onderhouden
Sommige paden liggen er
enkel voor de sier
Niemand ging me voor,
niemand zal na mij komen
Ik slenter geruisloos
tussen het grote vergeten
Zinloze activiteit
zelfs in deze tijd van het jaar
De stille Dam is alweer omgekomen
in geluiden
die niets betekenen
en me niets vertellen
Vervlogen tijden razen hier
ongemerkt voorbij
Duizenden doden komen
nooit meer tot leven
Zuchten in de wind toen
ik nog niet bestond
Zelfs mijn vader en moeder
omarmden de jeugd
Opeens wijst mijn vader
naar een van de namen,
een naam die ik niet ken,
nooit gekend heb,
maar mijn vader weet zeker
dat het iemand was
en mijn moeder bevestigt dat
zwijgend
Ik geloof mijn vader,
ik geloof mijn moeder
Waarom zouden ze me onzin vertellen?
Ik beloof mijn vader,
ik beloof mijn moeder
dat ik de naam
nooit meer vergeten zal
Ze lopen nog wat rond
over de sierpaden
Ze lopen
met grote vanzelfsprekendheid
Ik kan mijn ogen niet geloven
Zij wel
Ze kijken niet eens meer om
als ze weggaan
Ik slenter
nog geruislozer verder
Het is hier stiller
dan de Dam ooit kan zijn
Een steen schiet weg
vanonder mijn schoenen
en ketst hard
tegen een vergeten naam
